Tanzania
Tanzania is het gehele jaar door te bezoeken. Er zijn echter verschillen per periode:
- november - december: Deze maanden worden gekenmerkt door de ‘korte regens’. De regens vallen vooral in de noordelijke parken en duren meestal 4 weken. Soms start het korte regenseizoen al eind oktober. De regens hebben zelden effect op de kwaliteit van de safari.
- januari - februari: Deze maanden zijn voor de noordelijke parken (m.u.v. Tarangire) een goed en droog reisseizoen. Na het vallen van de korte regens wordt de vruchtbare grond in het zuidoosten van de Serengeti een paradijs voor grazers. Dit deel van de Serengeti, genaamd Ndutu, is de “place to be” voor het zien van de migratie. In februari is er een ware geboortegolf van gnoes. De zuidelijke parken hebben wel te maken met regen. In Selous, Ruaha en Mikumi is de regenval elke maand heviger van november t/m de piek in april. Januari en februari zijn wel goede maanden om vogels te spotten in Zuid-Tanzania.
- maart - mei: Dit zijn de natste maanden. De aanvang en lengte van het regenseizoen kan per jaar verschillen. Hevige regenval komt in deze periode vrijwel elke dag voor, maar het regent meestal niet de hele dag. In de noordelijke parken zijn safari’s nog steeds mogelijk, maar in Zuid-Tanzania sluiten veel camps. De prijzen in Noord-Tanzania liggen lager en het is rustiger. In deze maanden verplaatst de migratie van Ndutu naar centraal en het westen van de Serengeti.
- juni - oktober: Dit zijn de beste maanden voor een bezoek aan zowel Noord- als Zuid-Tanzania. Dit is het droge seizoen en de luchtvochtigheid is laag. Temperaturen schommelen overdag tussen de 20°C en 30°C. ’s Nachts en in de vroege ochtend kan het bij de Ngorongoro en op de vlakte flink afkoelen, vooral tussen juni en augustus. Naarmate het droge seizoen vordert, verzamelt het wild zich rond waterpoelen waardoor het makkelijker te vinden is. In juni en juli is de migratie van de gnoes nog in de Serengeti. Van augustus t/m oktober bevinden de kuddes zich in de Masai Mara in Kenia.